CHINA 2013

week 1

week 2

Kunming

Het is gezellig op Schiphol, Ron en Greetje, onze Groningse fietsvrienden die we drie jaar geleden in Birma hebben ontmoet zijn hier ook. Zij vertrekken zo rond 11.00 uur naar Cuba en wij naar China. Met een kopje koffie kunnen we nog heerlijk bijpraten en ons alvast verheugen op de komende fietsreis.

Onze fietsen reizen dit keer anders, zij reizen in een fietspyama, dit is een mooie groene hoes van heel stevig plastic i.p.v. een doos, de kwetsbare delen hebben we omwikkeld met bubbelplastic. We hopen dat het goed gaat.

Na een vlucht van 12 uur landen we in Singapore, we moeten hier nog 6 uur wachten voor de vlucht naar China, normaal is dat voor ons een peulenschil, momenteel zijn we gewoon erg moe, we hebben een drukke tijd achter de rug, maar vanaf morgen gaan we hopelijk genieten van China en daarna van Vietnam.

Nadat we in Kunming zijn geland zal er een man met een busje moeten verschijnen om ons op te halen en naar hotel Camellia te brengen, maar er is geen man met busje te bekennen. We bellen met het Camillia hotel en horen dat de man ook niet gaat komen, de binnenstad van Kunming is overstroomd en het hotel kan niet bereikt worden. We zullen moeten uitwijken naar een buitenwijk van Kunming waar het nog wel droog is.

Op het vliegveld vinden we een andere man die per 3 woorden Engels voor ons gevoel wel honderd woorden Chinees spreekt en zowaar we kunnen hem duidelijk maken dat we een hotel zoeken en een busje voor het fietsvervoer. Hij belt wat rond, we overleggen over de hotelprijs en de prijs van het busje en na een half uur komt er inderdaad een busje. Ondertussen helpt hij Han nog even met pinnen, de ATM spreekt hier alleen Chinees. De koers had Han al wel achterhaald, zodat hij weet wat hij moet pinnen.

Thuis hadden we bedacht dat het handig zou zijn dat we hier niet meteen zoveel zouden moeten regelen en daarom hadden we hotel en busje thuis geregeld, maar nu merken we dat het regelen ter plekke ook wel snel kan, zelfs als je de taal niet spreekt, het leek allemaal zo handig, maar met overstromingen hadden we natuurlijk geen rekening gehouden.

Natuurlijk passen die fietsen niet meteen in dat busje en samen met de busjesman verbouwen we het busje, leggen de fietsen er op elkaar in met onze mooie fietspyama's ertussen tegen beschadigen. De tassen en Han passen er nog net bij in en ik ga met onze eerste man ook richting hotel. De wegen met de modderstromen zijn geblokkeerd, maar we komen uiteindelijk bij het door de man afgesproken hotel. De juffrouw bij de balie van het hotel raakt behoorlijk overstuur omdat ze ons niet kan verstaan, maar we komen er redelijk uit. Alleen de borg voor de hotelsleutel willen we niet betalen, dat hebben we nog nooit ergens gedaan. Als je nieuw bent in een land moet je altijd uitkijken dat de geldflappen niet meteen uit je zak rammelen. We ruziën wat met die juffrouw, zeggen dat ze wel een kopie van ons paspoort kan krijgen die we altijd in veelvoud bij ons hebben, maar ze is de discussie snel beu en we worden netjes met onze tassen naar de kamer gebracht. De fietsen staan aan de ketting verstopt in de hal. Later lezen we dat het hier heel normaal is om borg te betalen voor de hotelsleutel, tja, het is bij ons wat anders gegaan.

Op de hotelkamer ga ik eerst mailen met Nederland om er achter te komen hoe erg het is met de overstroming en we zoeken hier in en rond het hotel of er nog iemand te vinden is die Engels spreekt, maar dat gaat niet echt lukken. We krijgen wel een e-mail met iets meer informatie, we willen weten of we nog op de route naar het zuiden en dus naar Vietnam kunnen. Via een andere e-mail lezen we ook dat onze VISA card geblokkeerd is omdat VISA dacht dat er een valse opnamen was ergens in dat verre China, erg attent moeten we zeggen. Maar wij waren het zelf die er geld mee gepind hebben op het vliegveld.

Onze zoon Rutger heeft in Nederland de pas weer laten deblokkeren zodat we in ieder geval nog weer geld kunnen halen.

Ondertussen is Han heerlijk aan het douchen, maar even later loopt het water over de drempel van de badkamer de kamer in, het komt niet door de overstroming, het is gewoon een verstopt doucheputje. Nadat we alles weer op de rit hebben wagen we ons op straat, Han zoekt allereerst via de GPS uit waar we nu toch zijn beland, we hebben echt geen idee en je kunt het hier wel vragen, maar ze verstaan je toch niet. We maken een Wpoint zodat we in ieder geval dit hotel weer terug kunnen vinden en we gaan op jacht naar een biertje.

Veel later thuis vinden we via een map in Garmin connect het dorpje Laoyidi en dat is de plaats waar we zijn gedropt, we vinden het omdat we daar een Wpoint hebben geplaatst. Het dorpje is verder op geen enkele kaart te vinden.

We vinden twee overheerlijke snowbiertjes zoals deze biertjes hier heten, we eten er vis, meelwormen, zoetzure salade en rijst bij, met stokjes. Die meelwormen donderen natuurlijk steeds van die stokjes af en de rest van het restaurant heeft veel plezier om ons, stiekem worden er met mobieltjes foto’s van ons gemaakt, we doen net alsof we dat niet zien. We vinden het heerlijk hier, we voelen ons helemaal thuis, we zijn ondertussen meer dan 28 uur op de been, eigenlijk moeten we helemaal verreisd zijn, maar daar hebben we gewoon geen tijd voor.

Er is veel moois te zien op straat, er zitten overal mensen op kleine krukjes te eten langs de straat, er wordt overal langs de straat gekookt en gebakken.

Na het eten kunnen we het niet laten om nog even wat nachtfoto’s te maken, het is hier prachtig verlicht en daarna wordt het tijd om ons bed op te zoeken, we vallen als een blok in slaap.

Vanmorgen toen we wakker werden wisten we allebei niet meteen waar we waren, we hebben zo enorm vast geslapen, al snel horen we gerochel en gespuug op de gang en dan weten we het, we zijn toch echt in China.

Ons hotel serveert geen ontbijt, we laten de juffrouw bij de receptie ons karakterboekje zien met het woord ontbijt en ze tovert uit een lade twee oude gevulde koeken en twee zakjes met drinken, maar we bedanken vriendelijk en gaan buiten op zoek naar ontbijt. In de straat iets verder dan ons hotel staat een duur hotel en we gaan naar binnen om te vragen of ze daar ontbijt serveren, maar zover komt het niet, voordat we onze mond open kunnen doen krijgen we twee ontbijtbonnen in de hand gedrukt en wordt ons de weg gewezen naar het ontbijtzaal. Niets smaakt naar wat het lijkt, als we onze tanden in een bol broodje zetten blijkt het een grote gevulde noedel te zijn, we nemen een soort koolsoep en nog een ei, maar dat ei is groen van binnen en zo smaakt het ook en het is zeker een halfjaar oud. De mensen hier eten het gewoon, dus gebruiken we het ei maar als buikvulling. We drinken er warme sojamelk bij en dat is wel wennen, we missen onze koffie. De Chinezen die hier ontbijten laten veel staan en er wordt veel weggegooid en dat doet ons besluiten dat we na een uurtje ontbijt weer gewoon naar buiten wandelen. Morgen proberen we dit nog keer.

Onze fietsen komen puntgaaf uit hun pyjama’s tevoorschijn, we hoeven ze alleen nog maar in elkaar te zetten. Hierbij krijgen we natuurlijk veel belangstelling, ook van de buurman van het hotel, hij volgt al onze verrichtingen. Zo rond 10.00 uur fietsen we richting Kunming, we moeten onderzoeken of we onze route morgen kunnen vinden en we moeten geld pinnen. Onderweg is er veel modder en sommige stukken van het wegdek staan nog onder water. In Kunming zelf is het nog veel erger, er worden nog steeds mensen uit hun huizen gehaald, maar na wat omwegen kunnen we de stad toch bereiken, Han en onze GPS verrichten wonderen. In Kunming vinden we een leuk café, ze hebben er overheerlijke cappuccino’s. We ontmoeten er een Vlaming en daar kletsen we onze koffietijd mee vol, hij studeert hier Chinees.

Aan het einde van de dag fietsen we terug naar ons dorpje zonder naam, 22 km buiten Kunming, we dachten eerst nog dat we in een buitenwijk zaten, maar het is gewoon een dorpje buiten Kunming waar veel bergstammen wonen. Er rijden hier nog paardentaxi’s. Als we terug komen bij ons hotel mogen we bij de hotelbuurman onze fietsen wassen, vooral de kettingen zijn belangrijk, die zitten dik onder de kleverige modder, Han behandelt ze daarna nog met een soort kettingolie en ze draaien weer als een zonnetje. De hotelbuurman wil dat we bij hem blijven eten, hij heeft op een binnenplaatsje wat eethuisjes en dat is prima. We eten er kip met gember, veel knoflook en heel veel rode peper. Wil bij ons in Holland de Chinees nog wel eens zeggen “sambal erbij”, hier is dat beslist niet nodig. De witte rijst en de groene thee bij het eten zijn heerlijk om de brand te dempen. We krijgen ook hanenpoten geserveerd, de teennagels zitten er nog aan, maar daar is niet door te komen, ze zijn gewoon niet te eten door ons westerse mensen, doe ons dan toch maar die meelwormen van gisteren, die waren heerlijk knapperig. Veel later zien we dat je die nagels er af moet bijten en dan uitspugen, maar dan moet je nog steeds die harde poten stuk zien te kauwen.

Wij zijn te laat wakker geworden voor het ontbijt in het hotel in onze straat. En nu gaan we langs de straat ontbijten op de kleine krukjes bij de lage tafeltjes. We eten dumplings en rijstepap met sojamelk. Zelf vinden we dat we al aardig met stokjes kunnen eten, maar tegen Chinezen die rijstepap met stokjes eten kunnen wij niet op. Er is hier geen etiquette en dat bevalt Han wel, iedereen rommelt maar wat met het eten, en wat niet gegeten wordt gaat op de grond. Doe mij toch maar een beetje etiquette. Nadat een gezelschap de tafel verlaat wordt er gebezemd.

Naast ons strijkt een vader neer met twee moddervette zonen, de oudste krijgt een dubbele portie dumplings, de vader eet soep. Het dikke kind vreet als een varken, het kind smakt vreselijk. Zijn hongerige ogen zien in de soep van zijn vader stukken vlees drijven, met zijn stokjes pikt hij ondertussen dat vlees uit zijn vaders soep die dit braaf laat gebeuren. Toch handig die stokjes, je kunt ze als pikhaakjes gebruiken om voer uit de bak van een ander te stelen. Het doet me denken aan de jonge zwaluwen in het fietsenhok op mijn werk, die bekjes staan altijd open en die beestjes zijn ook onverzadigbaar.

Opnieuw fietsen we naar Kunming, 22 km, een kapotte weg vol gaten en modder, deze weg fietsen we nu voor de derde keer. Onze milieu inspanningen in Nederland zijn een lachertje als je ziet wat hier de lucht in wordt geblazen, wat een smog.

Kunming ligt op 1885 meter. In Kunming koopt Han bij twee kleine meisjes een Mickey Mousse met roze strik ballon, speciaal voor Peter en Marije hangt Han deze ballon de hele fietsdag achterop.

Langs het Dian Chi meer fietsen we naar Hai Kou en daar slapen we in een sober hotel, onze fietsreis is begonnen. Het bed in onze kamer bestaat uit een plank die op stapels stenen staat, het beddengoed is schoon, de douche is warm en het muggengaas voor de ramen heeft hinderlijke gaatjes waar de muggen nu al doorkruipen. Die muggen raken helemaal opgewonden van onze zwetende fietskleren. We impregneren het muggengaas met spray deet en maken de muggen die al binnen zijn dood. Het deet werkt, er komt geen mug meer door.

De douchedeur is nog vrij nieuw en zit nog half in de plastictape, dit zal er zo te zien wel nooit worden afgehaald, de deur functioneert er niet minder om.
In het restaurant waar we eten krijgen we als toetje, druiven cadeau, maar we eten ze niet, ze smaken naar gif, we hebben gelezen dat je hier alleen maar fruit moet eten dat je kunt schillen. Overal zien we overdag Chinezen met gifspuiten fietsen en spuiten, grote ladingen gaan er over het land.

Hai Kou – Jang Cheng

Na een fietsersontbijt van gepeperde noedels fietsen we richting Jang Cheng. De groentemarkt in Hai Kou kunnen we niet overslaan, het is er prachtig. De eerste 40 km buffelen we over wegen met gaten vergezeld van vrachtauto’s met gore uitlaatgassen, we zoeken monddoekjes, maar kunnen ze niet vinden. Na deze 40 km komen we hoger en hoger en het wordt steeds mooier en rustiger, we komen op 2144 meter, van de uitzichten kunnen we niet genoeg krijgen en de lucht wordt steeds schoner. De afdaling is een dikke 10 km lang, heerlijk na dat klimmen. We zijn 1146 hoogtemeters gestegen en zijn 1423 hoogtemeters afgedaald, we zaten natuurlijk al op hoogte.

Het lukt ons niet zomaar om een hotel te vinden, na veel terugfietsen en zoeken vinden we een klein hotel met heel aardige Chinezen. We komen in contact met een grote Chinese familie en het wordt een heel bijzondere avond. Iedereen leeft mee met onze zorgen, we drinken met zijn allen rijstwijn en duimen voor de goede afloop. Wij boeken hier in dit hotel een nacht bij en de hele Chinese familie boekt ook een nacht bij om ons te steunen.

Deze nacht wordt onze kleindochter Saar 10 weken te vroeg, maar gezond geboren, de afgelopen dagen waren enorm spannend. China - Nederland is opeens een grote afstand, nog nooit is een fietsreis zo spannend geweest.

Jang Cheng - Tong Hai

Als we om 8.00 uur willen vertrekken slaapt het hele hotel nog en de deuren zitten op slot. We maken flink wat herrie en langzaam komen er mensen tevoorschijn. Allereerst komt de Opa van de familie die hier ook logeert tevoorschijn, hij wil ons graag uitzwaaien, al snel daarna komt zijn vrouw en ze heeft twee eetstokjes met een grote gekookte aardappel erop bij zich, die moeten we eten omdat we zonder ontbijt willen vertrekken. We willen niet wachten op het ontbijt en we willen ook geen hete noedels meer op onze nuchtere maag. De grote gekookte aardappel smaakt naar aardappel, dat is hier niet altijd zo, je weet nooit of de smaak is wat je ziet.

We worden uitbundig uitgezwaaid en al snel vinden we langs de straat een winkeltje met yoghurt en dat wordt de rest van ons ontbijt, heerlijk.

Het fietsen en klimmen gaat lekker, ook de 6,5 km die we weer naar 1985 meter terug moeten klimmen, het is heerlijk fris buiten en om ons heen zijn overal strakke groenteperken en rijstvelden. De groenteperken zijn zo strak alsof ze met de centimeter afgewerkt zijn, er is veel bedrijvigheid op de velden.

Rond het middaguur vinden we een chique hotel voor weinig Yuan, in Tong Hai, we blijven hier twee dagen omdat we morgen een dorpje willen bezoeken met afstammelingen van Kublai Khan. Het dorpje ligt hier in de buurt.

We eten vandaag langs de straat zoals de meeste Chinezen alle dagen doen. Wij eten geen eendenpoten, eendenbekken of eendennekken, wij eten soep met dumplings en aardappelen met een kruidenmengsel. Als toetje trakteren wij ons op een cappuccino die we ergens in de straat ontdekken in een koffiecafé.  Bij het koffie cafétje werkt een jongen en die vertaalt zijn communicatie met ons steeds in zijn mobiele, hij schrijft het op en laat het ons lezen, hij durft het nog niet uit te spreken. Hij schrijft bijvoorbeeld “would you please drink slowly, because very hot”. Erg dapper want Engels blijft hier zeldzaam.

We hebben ondertussen bijna alle kleding vies door al die modder en als we de juffrouw bij de hotelbalie vragen of ze hier een wasmachine heeft trekt ze haar neus op en wuift ons weg, we lieten alleen de zak vuile was maar zien. Dan maar zelf wassen, we hebben gelukkig een heel grote badkamer. Onze fietsen zitten nog steeds onder de modder, de kettingen zijn alleen schoongemaakt en dat laten we voorlopig zo. De fietsen zien er echt vreselijk uit, maar dat is handig, soms stallen we ze even in een straat en dan kijken de mensen er naar en trekken eenzelfde vies gezicht als die hoteljuffrouw voor onze was en dat is voor de veiligheid van de fietsen wel gunstig.

Xin Meng

Het valt nog niet mee om Ching Meng te vinden, Hier heet het dorp Xin Meng en dat spreek je niet zomaar goed uit. Heel toevallig passeert er een mevrouw die Engels spreekt en die schrijft Xin Meng voor ons op in karakters en dat is handig, hiermee vinden we Xin Meng, het dorp van de afstammelingen van Kublai Khan. We lezen dat ze liever niet gefotografeerd willen worden. In het dorp zien we prachtige mensen, we gaan eerst maar eens op een bankje zitten om te kijken hoe er op ons wordt gereageerd en we krijgen snel contact, ze zijn net zo nieuwsgierig naar ons als wij naar hen. Onze foto die ik aan een van de vrouwen geef wordt blij ontvangen en trots gaat ze deze foto showen in het dorp en het ijs is gebroken en op onze fotografie wordt niet meer gelet. Die foto doet toch altijd weer wonderen, het is een foto van onszelf waar we met de volbepakte fietsen op staan.

In het dorp staat een prachtige Mongoolse tempel, net op het moment dat wij er aankomen wordt de tempel geopend en stromen de mannen van het dorp toe. De tempel wordt versierd, luidsprekers worden opgehangen en vlaggen geplant. Een van de vrouwen heeft een doek beschilderd en die moet hoog boven in de tempel worden opgehangen, maar geen man leent zich ervoor. Na veel zeuren vindt ze een man die op een lange dunne ladder naar boven gaat. Voordat hij naar boven gaat doet hij eerst lachend schietgebedjes naar de grote Khan die als een enorm beeld in de tempel zit. De vrouwen moeten de ladder vasthouden maar ze kwebbelen zoveel dat ze vergeten de ladder vast te houden en de man hoog in de nok wiebelt heen en weer. Ik sprint naar voren om te voorkomen dat de man met ladder en al naar beneden dondert. Morgen is het grote feest en wij willen vroeg in de ochtend speciaal terug om te kijken naar de ceremonie.

Van Xin Meng fietsen we terug en we gaan een ronde om het Qilu Hu meer fietsen, we komen weer door diverse mooie dorpen, ook door een dorp van de Hui, de Hui zijn moslims en in dit dorp staan veel moskeeën.

Aan het einde van de dag, terug in Tong Hai gaan we eerst naar ons koffie cafétje van gisteren voor een cappuccino. Van de buurman van het café krijgen we een zak met eendennekken cadeau voor bij de koffie, we eten ze smakelijk op en zo verleggen we iedere dag weer onze grenzen, gisteren gruwelden hier nog van.

Het avondeten is orgaanvlees met gefrituurde munt, erg lekker, en tofu gevuld met spekjes, morning glorie ( waterleliegroen) en bospaddestoelen. Voordat de koks ons eten gaan wokken bekijken ze eerst onze fietsen. We worden ook weer gefotografeerd, we zijn een soort bergstamvolk uit Europa, groot en zonder spleetogen.

Xin Meng ceremonie

Om 5.30 uur gaat de wekker, we willen naar het feest in het Mongoolse dorp Xin Meng. Als we bij het dorp aankomen, horen we het testen van de luidsprekers, de koeienkop en de kop van het bokje liggen al op een schaal om straks geofferd te worden aan de grote leider in de tempel. Djengis Khan zit in het midden in de tempel, daarnaast zit Kublai Khan en rechts zit een priester. Ik ben momenteel het boek “Djengis Khan de Mongoolse Wolf” aan het lezen, het waren wrede heersers die Mongoolse leiders, hier in het dorp zijn ze er enorm trots op.

Han leest het boek “Ventoux” van Bert Wagendorp.

De mooie Mongoolse dames staan te springen voor mijn camera, ik zeg dat ze moeten wachten omdat de ceremonie begint, maar ze luisteren niet, ze willen maar één ding en dat is op de foto. De ceremoniemeester maant ze tot rust.

De koeienkop en de bokkenkop worden geofferd en nog veel meer dingen, er wordt gesproken en er is Mongoolse muziek, het is allemaal onwerkelijk wat we zien. We moesten er vroeg voor opstaan, maar dit is meer dan de moeite waard.

Na de ceremonie komt Qi Cheng naar ons toe, een Mongoolse jongen die gebrekkig Engels spreekt, hij kletst met ons over zijn grote droom, een fietsreis door Mongolië maken, hij wil Mongolië in zijn hart voelen. Qi Cheng heet in het Mongools "Batter”dat betekent grote held zegt hij. Hij studeert voor ingenieur. We worden uitgenodigd voor de grote gezamenlijke traditionele Mongoolse maaltijd en deze verrassing slaan we natuurlijk niet af, we spreken wel af dat we uiterlijk om 12.00 uur op de fiets moeten zitten omdat we anders ons dorp aan het einde van de rit van vandaag niet halen en de hotels zijn hier dun gezaaid. In twee grote hallen is het een drukte van belang, er staan allemaal tafels met kommetjes en stokjes. We eten bijna alles mee, schapensoep, vet spek, vreemde wortels en alles wat we niet kennen, alleen die griezelige hanenpoten slaan we af.

Na de grote maaltijd gaan we naar het huis van de ouders van Qi Cheng en daar krijgen we nog een toetje, rijst geweekt in rijstwijn, zoete koekjes, meloen en Mongoolse wijn uit prachtige piepkleine kommetjes met zilverbeslag.

Als we later thuis zijn sturen we alle foto's van de ceremonie op naar Xin Meng en we krijgen een e-mail bericht van Qi Cheng dat ze zijn aangekomen en dat zijn vader ze aan de bevolking gaat uitdelen.

En dan is het 12.00 uur en moeten we echt starten met de tocht van vandaag en de tocht is prachtig, dwars door de bergen, we staan regelmatig een tijdje stil om weg te dromen bij het mooie landschap en de uitzichten. Onderweg komen we door dorpen waar het altijd markt is. Aan het einde van de dag strijken we neer in het kleine dorp Qu Jiangzhen, het hotel is pas sinds 1 mei 2013 geopend, de muren zijn nog zo wit dat we onze tassen middenin de kamer zetten, we zijn te bang dat de mooie witte muren vies worden, het hotel wordt door een heel aardig piepjong stelletje gemanaged.

Naast het hotel zit een bakker en die heeft heerlijke broodjes en dat wordt ons avondmaal, we kunnen even geen sliertjes meer zien.

Naarmate we meer naar het zuiden komen krijgen we de indruk dat de mensen moeite doen toch nog wat Engels uit hun tenen te halen, vaak zijn het jongeren die door de ouders worden gestuurd, in het begin van onze reis was dat niet aan de orde. We drinken nog een biertje in een klein café in de straat en krijgen er meteen een glas eigengemaakte likeur bij cadeau, deze likeuren maken ze overal zelf zien we onderweg.

De eerste 450 Chinese km zitten erop.